home

Jan-Willem van Ewijk over Atlantic.

Atlantic.

‘Ik dacht vaak, hoe sla ik me hier doorheen’

,,Bij het opnemen van de surfscènes voor Atlantic. is bijna iedereen wel eens zeeziek geworden”, vertelt regisseur Jan-Willem van Ewijk. In zijn internationaal goed ontvangen film droomt een jonge Marokkaanse visser en windsurfer van een toekomst achter de horizon. Op zijn surfplank waagt hij de lange en gevaarlijke oversteek naar Europa.

Ook het maken van deze bijzondere Nederlandse productie was een groot avontuur. Het indrukwekkende en poëtische drama was al op een hele rij buitenlandse festivals te zien en de verkoop komt aardig op gang. Het belangrijke Amerikaanse vakblad Variety wijdde er een lovende bespreking aan. Het prees de schitterende beelden, de aandacht voor karakter en de gevoelige toon.

Niet slecht dus, en het is pas de tweede speelfilm van voormalig vliegtuigontwerper Van Ewijk (1970). Windsurfen doet hij ook. Toeval?

,,Ik denk dat geen enkele regisseur zo gek was geweest om twee weken op open zee te gaan filmen. Dat doe je alleen als je zelf windsurfer bent.”

Die sport bracht hem in 2002 naar het Marokkaanse visserdorp Moulay Bouzerktoun dat we nu in Atlantic. zien.

,,De jongens die ik daar leerde kennen surften toen nog niet. Maar het kapotte materiaal dat de toeristen achterlieten knapten ze op en ze leerden zichzelf windsurfen. Ze werden zelfs heel goed. Boujmaa Guilloul behoort nu tot de wereldtop.”

,,Wij hadden daar als Europeanen een enorme invloed. In het begin vond ik dat fantastisch, later ontdekte ik de keerzijde. Onze aanwezigheid maakte dromen en verlangens bij hen los. Ze zijn net als wij, maar ze hadden nauwelijks kans aan de armoede te ontsnappen en fort Europa binnen te komen. Dat trof me.”

,,In 2008 ben ik teruggegaan naar Moulay om het plan voor de film verder uit te werken. Het verlangen naar vrijheid werd een belangrijk thema.” Dat de hoofdpersoon op een surfplank naar de overkant wil sluit daar mooi bij aan, want, zoals Van Ewijk uitlegt: ,,Een sterk gevoel van vrijheid is ook wat je ervaart als je aan het windsurfen bent.”

Hoofdrolspeler Fettah Lamara komt uit datzelfde dorp. ,,Hij is een goede windsurfer en eigenaar van het restaurantje waar ik vaak zat te schrijven. Hij is getrouwd met een Française. Hij intrigeerde me, maar hield de boot af. Ook vond de producent het een risico om zo'n belangrijke rol aan iemand zonder acteerervaring te geven. Ik heb daarom eerst professionele Marokkaanse acteurs geprobeerd, maar die konden niet surfen. En ik wilde niet met stuntmannen werken, het moest allemaal echt zijn. Ik werd steeds wanhopiger. Uiteindelijk kon ik toch een cameratest met Fettah doen. Zodra hij begon te spelen viel iedereen stil. Het was echt fantastisch. Hij is een natuurtalent.”

Hiervoor had Van Ewijk alleen de roadmovie Nu. gemaakt, een kleine lowbudgetfilm met vrienden en bekenden. Voor Atlantic. beschikte hij over een serieus kapitaal van 1,8 miljoen euro. Plotseling stond hij zonder echte filmopleiding aan het hoofd van een professionele honderdkoppige crew. ,,De set was mijn filmacademie.”

Vooral de opnamen op zee waren zwaar. Soms dobberde een groot deel van de ploeg, inclusief cameraman Jasper Wolf, in wetsuits in de golven.

,,Ik heb vaak gedacht, hoe sla ik me hier doorheen. Maar we moesten verder, er was al zo veel geld in geïnvesteerd. We hebben met zijn allen gestreden om de eindstreep te halen. Ik ben tien kilo afgevallen, net als Jasper en Fettah.”

,,Ik was, besef ik nu, tijdens het draaien net zo aan het overleven als Fettah in de film op zijn surfplank.”

Overigens is Atlantic. meer dan een surfverhaal. Het gaat over een ontmoeting die een nieuw verlangen losmaakt, maar ook over de dingen die Fettah achterlaat. Zijn overleden moeder, het dorpsleven, zijn kleine zusje dat hij in vertrouwen neemt. Het gaat over die grote stap die hij zet, zijn sprong in het diepe.

,,Toen ik er tijdens het monteren op terugkeek dacht ik: dit gaat ook over mij, over mijn grote beslissing om films te gaan maken.”

,,Als tiener droomde ik van andere dingen. Ik tekende stripverhalen met ruimteschepen en vliegtuigen. Ik ben opgeleid als vliegtuigbouwer en heb gewerkt als ontwerper van zakenjets. Later kwam ik bij een investeringsmaatschappij voor startende internetbedrijven. Toen dat door de beurscrash van april 2000 allemaal in elkaar stortte raakte ik in een crisis. Ik dacht, waar is die jongen gebleven die creatief was, die fotografeerde en tekende. In een bar in Barcelona kwam ik een filmmaker tegen die ik in een dronken bui toevertrouwde dat zijn beroep me het allerleukste leek. Hij zei: probeer het gewoon.”

,,Thuis begon ik een scenario te schrijven en bij de eerste zin wist ik direct: dit moet ik doen! Dat werd mijn eerste speefilm Nu.. Het was een heel sterke drang, alle opgekropte creativiteit van de jaren daarvoor kwam naar buiten. Zo is het dus begonnen.”

LEO BANKERSEN (voor De Persdienst)